In 2020 vond ik mijn boom. Een Es, in mijn eigen Amsterdam Noord.
Het gebeurde nadat ik een set Keltische boomkaarten had gekocht en in de winkel een Spaanstalige dame ontmoette. Er ontstond een bijzonder gesprek over bomen en energie.
Ze vertelde dat ze net als ik gek van bomen was. Dat ze in Noord woonde, in de buurt van een prachtig park. En dat ze bij grote levensvragen te rade ging bij een boom. Want als je het even niet weet, vraag je het aan de boom.
Ik liet haar de Keltische boomkaarten zien. Natuurlijk mocht ze een kaart trekken van mij. Ze deed dat met handschoenen, om de energie niet te verstoren.
Ze trok de Es, mijn geboorteboom. Niks toeval.
Vanuit de winkel fietste ik ‘t Vliegenbos, in mijn eigen Noord. Ging op zoek en vond mijn boom. Bleek achteraf een Es. Daarnaast vond ik antwoord op de vraag die al een tijdje in mijn hoofd rondzwom. Iets met splijten en desondanks kunnen groeien.
Wanneer ik een vraag had, fietste ik naar de Es. Bijvoorbeeld toen mijn kind uit huis ging. En toen ik me afvroeg, hoe het verder moest met mijn baan. Met mijn onderneming. Altijd kreeg ik antwoord. Tot er geen vragen meer waren en mijn Es werd overwoekerd door brandnetels en bramen, waardoor ze niet meer bereikbaar was voor een omhelzing.
Sindsdien blijft het stil, wanneer ik langs loop. Het is oké, ze heeft me zoveel gebracht. Ik eer haar door haar te herkennen, te groeten en haar te voelen.
Gisteren liep ik met de overgebleven hondenprinses een nieuw vers rondje langs de Es. Opnieuw bleef het stil, terwijl er zoveel vragen zijn. Zachtjes bewoog Es haar kruin in de wind. De hondenprinses spurtte weg, een ander laantje in.
Ik besloot haar en haar neus te volgen, in plaats van haar aan te lijnen. Ik was vooral nieuwsgierig naar waar ze me bracht.
Wat bochten later vonden we samen een nieuwe Es. Een beetje verstopt tussen het groen. Illegaal stapten we door de struiken, die zich gemakkelijk opzij lieten schuiven en niet prikten. Daar stond ze, mooi geworteld. Mijn hand op haar stam, als antwoord stroomde een tintelend gevoel door mijn voeten.
Mijn borstkas opende en er kwam een diepe zucht naar boven. Tegelijk voelde ik voelde mijn mondhoeken opzij krullen tot een vette grijns. Ouwe boef.
Bomen zijn magisch. Als je het maar ziet.

Plant
Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik
2 reacties
Ik vind ze prachtig, kan me nu al verheugen op de fietstochtjes door het bos op weg naar schrijfcursus die in september weer van start gaat.
Klinkt als een heel fijn fietsritje, mevrouw F.
Wat voor schrijfcursus ga je doen?