Ik ben óm.
Niet omgevallen, God nee, niet weer. Maar ik ben om qua smeren waar het de zon betreft.
Afgelopen vrijdag dwaalde ik door de stad, ik had wat tijd over na een heerlijk ritje van Noord naar Oost. Opnieuw had ik me vergaapt aan het moois onderweg, tot het nathouden van de Amsterdamse bruggen aan toe. Wel zong er ergens een zeurend stemmetje “wat zonde van dat water”. In mijn gedachten heb ik mijn gemoed maar toegesust dat er wordt gesproeid met grachtenwater en niet met leidingwater.
Vervolgens dwaalde ik door Oostpoort. Liep een dure parfumerie in, mijn serum was op en ik dacht: laat ik nu eens iets goeds kopen in plaats van iets goedkoops. Iets goeds lieve mensen, kost je minstens zesennegentig euro. Maar dan is je flesje wel van Estée Lauder en word je nooit meer oud, maar mag je terugtellen.
De verkoopsters in de Douglas worden overigens ook steeds jonger. Niets ten nadele van de dames, ze zijn absoluut ter zake kundig doch opereren veelal ook uit de hoogte (ze worden ook langer). Het maakt dat ik het als een uitdaging ervaar om aan te geven wat ik wil met mijn vijftig plus hoofd aan iemand van dertig min. Noem me oud, noem me een zeur, noem me ouderwets. Mag. Maar ik voel het zo.
Het meisje kwam terug met een serum met hyaluron of zoiets, voor € 8,95 dus ik vond het direct helemaal prima. “Gebruikt u een SPF mevrouw? Want anders wordt het effect van zo’n serum en uw dagcréme volledig tenietgedaan.” Ik moest even nadenken wat de afkorting betekent. “Volgens mij zit er al zoiets in mijn créme van Collistar,” antwoordde ik. Dat leek met toch niet de minste créme. Ook niet goedkoop. Helaas, het bleek onvoldoende.
Sterker nog: wat ik deed was echt helemaal verschrikkelijk. Voor de huidveroudering en de huidkanker. Ergens wist ik dat dit meisje gelijk had. Het is ook niet goed en ik mag ook beter smeren. Helaas voor haar en voor mij kom ik uit het tijdperk waarin je in de zomers op pad werd gestuurd met een rugzak met boterhammen, je handdoek en je zwempas, wat toen nog gewoon een papiertje was in een plastic mapje met je foto erop geniet. Met een touwtje om je nek, tegen het verliezen. Je mocht het bij de kassajuffrouw laten bewaren en ook weer terugvragen, anders fietste je twee keer naar huis.
“Ga maar lekker dobberen,” werd er thuis gezegd. Natuurlijk lag je er met leeftijdgenoten, geen van allen hadden we zonnecrème mee, noch wisten we dat het bestond. In de avond kwam je roodverbrand thuis. Dan werd de blauwe fles van Nivea bij de zonnebrand betrokken. De fles waarvan de zalf in de zomer eenvoudiger uit de fles te knijpen was dan in de winter. Dan werden het brokjes die roken naar iets wat nog vaag op iets van Nivea leek.
Met de blauwe fles probeerden we de ontstane schade te temperen maar dat lukte natuurlijk nauwelijks. Mijn vijftig plus armen zijn inmiddels gespikkeld met sproetjes en vlekjes die er twee jaar geleden nog niet zaten. Eigen schuld, niet gesmeerd.
Tegenwoordig gaat dat anders, ontdekte ik gisteren in het zwembad. Het bad uit mijn jeugd, nog steeds hebben ze er zwempasjes in plastic hoesjes. Het ontroerde me, niet alles verandert dus blijkbaar. Ook de kleedhokjes en de baden alsmede de ligweide zijn hetzelfde gebleven. Evenals de snacks.
Een groepje verderop lagen kinderen van een jaar of twaalf. Allemaal haalden ze stuk voor stuk de zonnebrand tevoorschijn. In zo’n plantenspuitmodel, dat gemakkelijk sproeit en zich eenvoudig uit laat smeren. De ruggen werden zorgvuldig ingesmeerd bij en van elkaar en er werd opgelet of er geen plekjes waren vergeten. Ik vond het bijzonder zorgzaam en ook dat raakte mij. Na elke badgang werd er opnieuw gesmeerd. Dat leek me dan wel weer wat veel, als voormalig overtuigd niet-smeerder.
Toch had ik ook goed gesmeerd, voor ik naar het zwembad fietste. Met maar liefst factor 50. Want het lijf smeer ik tegenwoordig dus wel, sinds ik van een patiënt leerde dat je tattoos daar veel langer mooi van blijven. Mijn kraai mag natuurlijk nog minstens jaren mee, evenals de volle maan, en mijn dierentuin in de vorm van de schildpad, de slak, de pinguïn en het zeepaard.
Daarnaast deed mijn gezicht gisteren ook dapper mee: sinds vrijdag bezit ik namelijk een mooi aquakleurig tubetje van Rituals met een SPF speciaal voor het gezicht. Oók factor 50.
Toegegeven: na een dagje zonnebad gisteren voelde mijn huid minder zemelapperig dan anders. Misschien hielp het ook dat de postbode me lang geen tweeënvijftig had geschat, toen hij de schoolboeken van de buurjongens bracht.
IJdelheid kent geen (leef)tijd.
4 reacties
Oh sjees en nu zie ik de Hazes nazaat die een goedje op haar snufferd smeert waar van alles en nog wat inzit voor de huid. Let wel ik praat hier niet over de verouderde huid want daar heeft dit kotertje nog geen last van. Detje, pukkeltjes krijg ik van die verkooppraatjes ook van die dames op leeftijd met blaasproblemen aan de yoga. Niettemin genoten van je schrijven, was er zonder badpak waarschijnlijk niet geweest. Gatver en nou willen die lachebekjes niet tevoorschijn komen, heb ik weer. Is nog nooit iets op gevonden …
Oh gut ja. En is het onze Rachel niet in de aandacht, is het haar dochter wel. Pfffff…
Je wil ook echt niet weten welk gezicht de piepjonge verkoopster trok toen ik met een stalen gezicht (gekreukt, dat wel) vertelde géén SPF te gebruiken op het smoel.
En heb je ook lekker kunnen zwemmen?
Zekers. Het ging als vanouds. Lekker vlot 😉