Jason

Zoon organiseerde een marathon van horrorfilms uit de jaren ’80. Dientengevolge verkeerde mijn hart een paar dagen geleden enkele uren in een permanent ritmisch verhoogde toestand.
Alle clichés kwamen voorbij. Het angstige meisje dat op de vlucht sloeg en onderwijl natuurlijk haar nek brak in de modder en die opgeraapt/gered moest worden door de held in het verhaal. Samen schreeuwden zoon en ik “loop door, stomme muts,” naar het beeldscherm, hetgeen uiteraard niet hielp. Niet veel later werd het vriendje van de gevallen muts alsnog aan de ijspriem van Jason geregen.
Achter glas graaide Jason naar zijn slachtoffers door een gesloten venster, dat enkele shots later toch ineens geopend bleek te zijn. Een vers slachtoffer in deel drie (waarin het lakentje met ooggaten, dat Jason over zijn hoofd draagt ter voorkoming van herkenning, vervangen wordt door het meer dan monsterlijke ijshockeymasker) verstopte zich op zolder, met een schep in haar hand. Voor als Jason toch ineens achter haar zou staan. Wat hij drie minuten later deed.
Eigenlijk was het een beetje hilarisch, ook. Was Jason zelf niet aan het moorden, dan bleek ook zijn ziekelijk gestoorde zombiemoeder vrolijk mee te doen. Hyper werd ik ervan. Tot schaterlachen aan toe, op het moment dat zoon en ik onze zelfbedachte ondertiteling introduceerden. Bloed spetterde in het rond. Ik keek naar rechts en zag mijn zoon, evenals ik zelf, regelmatig in de lach én van kleur verschieten.
Toen deel vijf na ettelijke spannende uren ten einde liep waren er vele jonge levens voortijdig beëindigd door Jason en zijn moeder. Bloedtransfusies, evenals transplantaties van ledematen van de lieden die het hadden overleefd en konden navertellen, leken nodig en op zijn plaats.
Doodmoe zakte ik na deel vijf onderuit, ontdaan van schrik en schik. Mijn hartslag en mijn geest, raakten langzaam weer hun rustige zelf. Buikademhaling werd weer een mogelijkheid en slapen zou geen problemen opleveren, dat wist ik zeker. Stilte daalde over ons neer.
Naast me, vanaf de bank, hoorde ik mijn zoon zeggen: “wat was er eigenlijk belachelijk veel seks mam, in die films.”

Wie deelt komt nooit tekort

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Gerelateerde artikelen

Plant

Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik

Lees verder »

Tussenruimte

Al een tijdje liep en loop ik te kauwen op een nieuw JA- woord. Wat me vol vuur het jaar zou inslingeren, aanslingeren, me over

Lees verder »

Woorden

Soms vloeien ze als stroop over je pannenkoek. Andere keren komen ze los met brokjes, die blijven haken in je keel en niet naar buiten

Lees verder »

Niet klassiek

Valentijnsdag, 2013. Er ligt sneeuw. Tussen december en nu is een flink pak gevallen en het blijft maar koud. De groep Zorgengelen die al enkele

Lees verder »

Nooit meer wat missen?

Loading