Ik kan het weer even niet vinden met en bij mezelf. Deels wordt dat veroorzaakt door de operatieve ingrepen aan mijn harige dochters. (Wees gerust, alles gaat goed). Het had meer impact op mij dan ik wil toegeven. Iets met zorgen voor en emoties die er mogen zijn, maar eigenlijk liever niet nu.
Anderzijds voel ik onrust doordat ik een vraag kreeg. Om iets te doen. In eerste instantie leek het mijn droomvraag, alleen na enkele dagen is mijn gevoel erover 180 graden gedraaid en is de vraag een zeepbel geworden. Blijkbaar is het mijn droom niet meer, hij hoort bij mijn versie 2.0 die in andere zaken geloofde dan ik heden ten dage doe.
Nee, hij past niet. Niet meer. Met geen mogelijkheid. Mijn lijf protesteert in een gevoel van onrust, dat door mijn bovenlijf jakkert. Om moedeloos van te worden. Telkens wanneer ik denk mijn lijf te verstaan, haalt ze een nieuw geintje uit en begrijp ik haar niet. Ze kletst en roept en ik versta het niet. In elk geval niet op tijd. Soms komen de antwoorden achteraf, als ik de “ja” al heb uitgesproken waar het “nee” had moeten zijn.
Heel soms verloopt het proces helder. Dan krijg ik een vraag of een kwestie voorgeschoteld en dan loop ik een dag met ‘n frons en een schuddend hoofd. Aan de eind van zo’n dag heb ik hoofdpijn en een zere nek. Overduidelijker dan dat kan ‘n “nee” zich niet manifesteren.
Blijkbaar vereist elke vraag een ander passend antwoord. Of mag ik meer tijd nemen om mijn antwoord te vinden. Of ‘t aan te passen. Misschien mag ik zelfs switchen van antwoord, bijvoorbeeld van “ja is goed,” naar “wacht even, daar wil ik over nadenken. Ik kom erop terug.”
En nu ik dat laatste intik, nestelt zich een tevreden gevoel in mij. Pauze dus. Ruimte. Om eerst te voelen en te ervaren waar ‘t echte antwoord woont en hoe zich dat manifesteert.

Plant
Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik
Eén reactie
Ha, uiteindelijk een goed gevoel dus. Mooie metafoor, een vraag die een zeepbel wordt, lastig te vangen.