Dinsdag 1 januari 2013. Een nieuw jaar is aangebroken. Terwijl ik naar het Nieuwjaarsconcert luister, flitst Oudejaarsavond nog even aan me voorbij. Een bijzondere avond want, met mams. Zoals ze het zelf zei gisteren: “Ik heb het nieuwe jaar toch maar mooi gehaald.”
Vanmorgen stapte er een mevrouw van de thuiszorg binnen, die mijn moeder vier weken geleden voor het eerst verzorgde. De thuiszorgdame moest even slikken. Er zat namelijk nogal een andere patiënt rechtop in bed. Beweeglijk, glimlachend en met pret oogjes. De mevrouw van de thuiszorg keek me aan en gaf me een vette knipoog. “Gelukkig Nieuwjaar meid,” zei ze zachtjes.
Van een oudere dame die niet meer kon bewegen, niet meer sprak en in elkaar gevouwen in bed lag is mijn moeder getransformeerd tot een dame die het leven weer een beetje leuk vindt. Tot op zekere hoogte want medisch gezien wil ze niet dat er onnodig verder wordt gesleuteld. In geen honderd jaar. Het is mooi geweest zo en wanneer het nog een tijdje prettig blijft vindt mijn moeder het prima. Ze is gelukkig, voelt zich prettig. Een prachtig compliment, wat mij betreft.
Gisteren met Oudjaar gingen we terug in de tijd en bekeken we oude filmpjes. Van onze bruiloft in 1992. Met alle nichtjes en neefjes die toen nog zo lieflijk in jurkjes en pak rondliepen. Scènes met een hysterisch jongere bruid en bruidegom, beduusd in de lens kijkend, schoten voorbij. Twee melkbekkies, grijnzend van geluk, naast elkaar. Wat waren we jong, ontzettend nog.
Om tien uur ging mams naar bed. Met een uitdrukkelijk verzoek dat we haar tegen twaalven wakker zouden maken. Voor het vuurwerk. Net om kwart voor twaalf, toen ik me in de richting van de kamerdeur van mijn moeder zou begeven, hoorde ik gestommel. Aangekleed en wel, stiefelde mijn moeder onze huiskamer in. “Ik ben er klaar voor,” sprak ze. “Laat maar knallen.” Tot één uur ’s nachts hebben we genoten van het vuurwerk buiten, inclusief van de puber, die volop bezig was zijn zorgvuldig uitgezochte vuurwerk af te steken.
En nu, tijdens de klanken van het nieuwjaarsconcert zit ik nog intens na te genieten. Normaal gesproken jurk ik de kerstboom uit en sloop ik de kerstversiering uit de kamer. Ruim ik de kaarten op. Zodat alles in weer normaal is. Dit jaar niet. Ik wil geen normaal. En ook geen gewoon. Ik wil geen dingen meer doen op de wijze waarop het moet of zoals het hoort te gaan. Niet voor niets heb ik de afgelopen maand bewezen dat het begrip normaal niet bestaat. Dat niets gewoon is maar alles juist heel bijzonder. Wonderen bestaan en zijn mogelijk, wanneer je erin gelooft en ervoor strijdt.
Met liefde zal ik de komende periode verder zorgen en strijden. Ik zal een papieren oorlog voeren tegen instanties en ik zal ingaan tegen elke vorm van gezag, wanneer het nodig is. Regelmatig zal ik verder tegen de stroom inzwemmen en zal ik alle regels omtrent “normaal” overboord moeten gooien.
Gelukkig maar. Normaal is zó ontzettend 2012.
4 reacties
Prachtig en heerlijk om te lezen. Ik wens je alle goeds.
Applaus! Nee, staande ovatie.
Ik heb bewondering voor de manier waarop je de zorg voor je moeder oppakt. Heel veel zelfs!
Dank je wel vrouwke…