Tijdig

Wanneer ik om half twee ’s middags bij haar arriveer zijn de lamellen voor de ramen nog gesloten. Ik haal een diepe teug adem en voel mijn borst zwellen. Op goed geluk ben ik wat eerder dan de bedoeling was van huis vertrokken, met een zeurende hoofdpijn als naald van mijn innerlijk kompas.
Ik pak de sleutel met het roze labeltje uit mijn zak, draai het slot van de voordeur open en stap het huis in. Er hangt een zware geur van slaap en zorgen. In de woonkamer ligt de zorgmap nog open op tafel en ik werp een blik op de notities van de verpleegkundige van de ochtenddienst. Er staan geen directe calamiteiten in genoteerd.
Met een beetje geluk kunnen we de ziekenhuisafspraak van drie uur vanmiddag nog halen. Eenmaal gewend aan de donkerte schuifel ik voorzichtig naar haar slaapkamer. Behoedzaam steek ik mijn hoofd om de hoek van de deur en ik zie haar zitten. Mijn schoonmoeder, tweeëntachtig jaar, haar zilverwitte haar piekt alle kanten op. Ze zit op de bedrand, met ingevallen wangen en haar rug vervormd door de reuma. De smalle schouders wijzen naar beneden. Ze beweegt niet, zie ik. Blijkbaar heeft haar bewegingsapparaat een slechte dag.
Ze kijkt me aan, met opengesperde ogen die mij niet zien. “Goedemiddag, lieverd” zeg ik luid. “Niet schrikken hoor, ik ben het maar. Want het is woensdag, dan ben ik er altijd. Weet je nog?”
Haar wenkbrauwen verslappen en haar ogen ontspannen zich, om zich vrijwel direct te vullen met tranen. Haar mond, die net nog openstond, vertrekt zich tot een streepje.
Nu moet ik actie ondernemen, voor ik de waterval van verdriet over me heen gestort krijg. Hoe naar ik het ook vind allemaal, wat er met haar gebeurt, ik heb er nu geen tijd voor. De ziekenhuisafspraak met haar cardioloog, die al drie keer is verzet, moet doorgaan. Met een scheve glimlach bied ik net iets te vrolijk aan, om nog een sneetje brood voor haar te smeren. “Met jam,” zegt ze monotoon.
Tot mijn schrik is de jam op. Wanneer ik de broodtrommel openmaak, zie ik, dat de ochtendboterham erin staat geparkeerd. Op het bordje van boerenbont. Zwijgend open ik de vuilnisbak en kieper de verdroogde resten van het gemiste ontbijt in de zak. Ik maak een nieuwe boterham klaar, met smeerworst. Dat glijdt hopelijk ook snel naar binnen -net als jam- want we hebben nog maar een half uur voor we moeten vertrekken.
De boterham gaat naar binnen, hapje voor hapje. Evenals de kop thee en de medicijnen. Dat is weer een ronde in mijn voordeel. Morgen moet de thuiszorg weer haar stinkende best doen, om mijn schoonmoeder te laten eten. “Is het handig om nog even te plassen, voor we naar het ziekenhuis vertrekken?” vraag ik mijn schoonmoeder. Voorzichtig schuifelt ze met haar rollator richting toilet. Even later hoor ik een gil. En ik hoor haar snikken. Een ongelukje. Nu. Inwendig vloekend ren ik naar de badkamer, pak twee washandjes en een handdoek. Ik houd de washandjes onder de warme kraan en ik mik er wat vloeibare zeep op. Snelwandelend vlieg ik weer terug naar het toilet, waar mijn schoonmoeder nog zit te snikken.
Twintig minuten, drie hartverzakkingen en een halve doos tissues later, doordrenkt met tranen van ons samen, vertrekken we alsnog naar het ziekenhuis. Waar het spreekuur inmiddels drie kwartier is uitgelopen.

Wie deelt komt nooit tekort

4 reacties

  1. Wat een triest beeld schets je toch en het meest trieste is, dat het niet verzonnen is, maar zo te lezen de waarheid. Hier wordt niemand vrolijk van, want is dit ook ons voorland?

  2. Hartverscheurend en respect voor jou!
    Heeft de cardioloog nog iets zinnigs kunnen bijdragen wat de huisarts misschien ook had kunnen doen?
    Soms moet je je afvragen, waar is dit voor nodig? Oh help, waar bemoei ik me mee.

  3. Wat een zorg! En wat triest toch dat ‘we’ soms zó kunnen eindigen. Diep respect voor je lieve Odette. Ik hoop dat je schoonmoeder daar nog íets van meekrijgt en het in ieder geval begrijpt dat jij er voor haar bent!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Gerelateerde artikelen

Plant

Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik

Lees verder »

Tussenruimte

Al een tijdje liep en loop ik te kauwen op een nieuw JA- woord. Wat me vol vuur het jaar zou inslingeren, aanslingeren, me over

Lees verder »

Woorden

Soms vloeien ze als stroop over je pannenkoek. Andere keren komen ze los met brokjes, die blijven haken in je keel en niet naar buiten

Lees verder »

Niet klassiek

Valentijnsdag, 2013. Er ligt sneeuw. Tussen december en nu is een flink pak gevallen en het blijft maar koud. De groep Zorgengelen die al enkele

Lees verder »

Nooit meer wat missen?

Loading