Vintage

Het begon als een maandagmorgen; van buiten druilerig, met vlagen blauw doorstreept in de lucht, zoals ik me vanbinnen voelde.

Bij druileritis helpt er slechts één ding en dat is wandelen. Nadat ik van huis alvast naar metro Noord was gelopen en vervolgens Artis had doorkruist waar ik eindelijk de wolven had gevonden, nam de nostalgie pas écht bezit van mij.

In Artis wonen de jonge gezinnen met kleine kleutertjes, die de wijsheid en de onbevangenheid nog in alle onschuld bij zich dragen.
Heimwee overspoelde me, naar mijn eigen kleuter, die zich gisteren liet ontvallen voor zichzelf te gaan zorgen tijdens de afwezigheid van zijn lief in plaats van komen eten bij di mama.
(Wat overigens oké is).

Ik vroeg me af hoe dat kleine blonde kleutertje in Artis, naast de olifanten, over 20 jaar zoiets soortelijks aan zijn mama zou melden, nu nog stevig zijn hand in de hare gestoken, vol vertrouwen in een vooraf gesloten huwelijk.

Na Artis dwaalde ik over de Kerkstraat, de Prinsengracht en de Keizersgracht. Ineens bevond ik me voor de witte luiken van 487. Sparreboom.

Zo was dat ooit een wachtwoord, een eeuwigheid geleden. Ik zag mezelf weer lopen. In mijn armen voelde ik nog het gewicht van de uitpuilende post, in de vorm van talloze handgetikte verzekeringsbrieven, machinaal gestempeld.

Daar ging ik. Over de brug, Spiegelkwartier en linksaf de Kerkstraat. Postkantoor. Aangetekend.

Verderop ontwaak ik en ontwaar ik de tanden vanuit deze tijd. Metz is Abercrombie geworden en in het pand waar Frank Govers vroeger zijn magische kledij tevoorschijn toverde, komt ook iets toeristisch. Iets met eten.

Aan de gracht ontdek ik een Fiat 500 tussen de Volvo’s en SUV’s. Nu is de mijmering van dertig jaar pas echt compleet. De Fiat waarin ik met mijn werkgever naar de notaris toerde, met dubbelklutsj.

Een vader had ik niet maar in december 1990 had ik wél een meneer Boom, die mij vaderlijk bijstond op mijn eerste schreden van het pad dat huizeneigenaar heette.

Adieu, meneer Boom júnior. En dág Odette, toen-je-nog-piepjong-en-geen-moeder-was.

Niet dat ik oud ben; ik ben vintage.

Wie deelt komt nooit tekort

2 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Gerelateerde artikelen

Plant

Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik

Lees verder »

Tussenruimte

Al een tijdje liep en loop ik te kauwen op een nieuw JA- woord. Wat me vol vuur het jaar zou inslingeren, aanslingeren, me over

Lees verder »

Woorden

Soms vloeien ze als stroop over je pannenkoek. Andere keren komen ze los met brokjes, die blijven haken in je keel en niet naar buiten

Lees verder »

Niet klassiek

Valentijnsdag, 2013. Er ligt sneeuw. Tussen december en nu is een flink pak gevallen en het blijft maar koud. De groep Zorgengelen die al enkele

Lees verder »

Nooit meer wat missen?

Loading