Voorjaarssprookje

In de vroege ochtendschemering ligt het gras, verstopt onder een laag verse nachtkristallen. De groep vroege merels en spreeuwen hebben zojuist hun ochtendvergadering beëindigd en fladderen elk hun eigen weg. Aarzelend steekt de krokus haar hoofd omhoog, door het gat naar buiten. Voorzichtig strekt ze haar nek die nog wat stijf aanvoelt.
Het is blauw buiten. Dat betekent, dat later vandaag de mooie koperen bal boven haar komt hangen. Met de warmte die daaruit wordt gestraald zijn die stramme spieren zo voorbij, weet ze uit ervaring.
Net nadat de zon de appelboom is gepasseerd zodat ze de eerste ochtendstralen op haar gezicht zou moeten voelen, gebeurt het. Hoe het komt weet de krokus ook niet, maar het licht en de warmte zijn verdwenen. Verbaasd kijkt ze om zich heen en tast met haar blaadjes voorzichtig buiten het veilige afdak van het jonge gebladerte boven haar. Ze voelt geen druppels.
Plotseling ziet ze de oorzaak van de totale zonsverduistering. Op hoge sprieten heeft Vrouwe Narcis zich volledig in het gezichtsveld van de krokus geposteerd. “Mijn plek, kleintje pils,” zegt ze hatelijk. “Dacht je dit jaar echt te kunnen wedijveren met met mij?”
Verdrietig kijkt de krokus naar de grond.
Dat is waar ook, ze is het vergeten. Elk voorjaar gebeurt het weer. Net als krokus haar hoofd buiten durft te laten zien komt die gemene Narcissentrut met haar pestvolkje. Gelukkig heeft ze deze keer de valse rode tulpenenclave thuis gelaten. Met zijn allen hebben ze krokus vorig jaar verjaagd uit haar hoekje in de tuin. Een lang voorjaar werd het, zonder zon. Ze kon er niet van groeien. Voortijdig stierf ze een verdrietige dood.
“Misschien zou u wat opzij kunnen buigen?” vraagt Krokus beleefd. “Dan ziet iedereen hier in de tuin hoe lenig u bent. Misschien kunnen we samen genieten van het zonlicht en de warmte?”
“Ik peins er niet over,” zegt vrouwe Narcis met een uitgestreken gezicht. “Ik buig voor niemand en zeker niet voor zo’n miezerig paarsig flutbolletje als jij”.
Vastbesloten zich niet te laten kennen, schuifelt juffrouw Krokus voorzichtig iets naar rechts. Wanneer ze haar jonge lenige lijfje schuin voorover buigt, vangt haar paarse kruintje nog nèt wat zonnestralen. Natuurlijk heeft die hooghartige Narcissendame het direct in de gaten want ze schuift haar derrière vinnig dezelfde kant op als die van Krokus. Het wordt een groene veldslag want om de beurt buigen ze beiden naar links en weer terug naar rechts, vastbesloten elkaar geen zonnestraal meer te gunnen.
Na een kwartiertje – de rug en nek van Krokus zijn intussen lekker soepel gegymnastiekt- hoort ze een jammerlijke kreet, gevolgd door een knappend geluid. “Au au, help! Wat doet het zééheehéér,” klinkt het klaaglijk. Nieuwsgierig kijkt Krokus langzaam in de richting van waaruit het gejammer komt. Tot haar verbazing komt het van beneden. Onder haar ligt het gezicht van Narcis. Op de grond. Tranen biggelen over haar ooit zo statige gezicht, dat nu meer weg heeft van een verweekte postzegel. Haar normaal gesproken oranje blosje is verdwenen en haar handelsmerk, de slanke benen, liggen op onnatuurlijke wijze onder haar gevouwen.
“Daar ben ik mooi klaar mee,” huilt Narcis zachtjes. Na een lange uithaal en een snik schraapt ze haar keel en zegt: “Het ergste vind ik nog dat ik je al die voorjaren bij de zon heb weggepest. Nooit heb ik gezien hoe mooi je eigenlijk bent, lieve Krokus. Ik dacht dat je slechts een klein afstotelijk paars bolletje was.”
Krokus kan geen antwoord geven want haar keel zit vol brokstukken van hadden, kunnen en geweest. Liefdevol drapeert ze het hoofd van Narcis op een klein bergje onder de appelboom, waar vanachter de zon ’s avonds nog wel eens wil schitteren. Terwijl ze de beenbladeren van Narcis voorzichtig schikt, valt het oog van Krokus op een jonge scheut, die zich tussen de openliggende bollengroep van de overgebleven narcissenguerrilla’s heeft genesteld.

Wie deelt komt nooit tekort

4 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Gerelateerde artikelen

Plant

Als ik zou kunnen praten…… Oh wacht. Dat doe ik nu. Eens zien, waar ga ik het over hebben? Andere vraag: wie ben ik? Ik

Lees verder »

Tussenruimte

Al een tijdje liep en loop ik te kauwen op een nieuw JA- woord. Wat me vol vuur het jaar zou inslingeren, aanslingeren, me over

Lees verder »

Woorden

Soms vloeien ze als stroop over je pannenkoek. Andere keren komen ze los met brokjes, die blijven haken in je keel en niet naar buiten

Lees verder »

Niet klassiek

Valentijnsdag, 2013. Er ligt sneeuw. Tussen december en nu is een flink pak gevallen en het blijft maar koud. De groep Zorgengelen die al enkele

Lees verder »

Nooit meer wat missen?

Loading